Logo

De nieuwe RIV-toets: 6 vragen en antwoorden

De nieuwe RIV-toets: 6 vragen en antwoorden

3 mrt 2023
Consult bedrijfsarts.png

Het komt voor dat een werkgever een loonsanctie krijgt omdat de verzekeringsarts van UWV een andere mening heeft dan de bedrijfsarts. De nieuwe RIV-toets moet aan deze onduidelijkheid een einde maken. Zes vragen over de nieuwe RIV-toets.

Minister Van Gennip van SZW heeft op 2 februari vragen beantwoord over het wetsvoorstel RIV-toets UWV. Hieronder een overzicht van de belangrijkste punten.

1. Wat is de RIV-toets?

Als een werknemer een WIA-aanvraag doet, heeft UWV als taak te toetsen of de re-integratie-inspanningen (de RIV-toets) in de eerste 104 ziekteweken voldoende waren. Als dit niet het geval is en er zijn nog reparatiemogelijkheden, dan kan UWV aan de werkgever een verlenging van de loondoorbetaling opleggen, ook wel loonsanctie genoemd.

Het komt voor dat een werkgever een loonsanctie krijgt omdat de verzekeringsarts van UWV anders oordeelt dan de bedrijfsarts. De RIV-toets gebeurt nu door een arbeidsdeskundige en zo nodig door een verzekeringsarts. De verzekeringsarts kan de werknemer als meer belastbaar beoordelen, en vinden dat de inspanningen onvoldoende waren. De werkgever krijgt dan een loonsanctie opgelegd.

2. Wat houdt het wetsvoorstel RIV-toets in?

Door het wetsvoorstel wordt de toets door het UWV op de re-integratie inspanningen na twee jaar ziekte een geheel arbeidsdeskundige toets. Dit betekent dat de verzekeringsarts bij het UWV geen rol meer zal spelen of de werkgevers voldoende heeft gedaan aan re-integratie. Het advies van de bedrijfsarts wordt leidend. Het doel is hiermee de onzekerheid die bestaat bij werkgevers over loonsancties vanwege het medisch advies van de bedrijfsarts weg te nemen.

3. Waarom is dit wetsvoorstel belangrijk?

De minister benadrukt dat de loonsanctie en het verlengen van de verplichting het salaris te blijven doorbetalen, een positief effect hebben. Waar de werkgever tekortschiet, wordt dit hersteld. Dit betekent een beter re-integratieresultaat en minder instroom in de WIA. Toch vindt de minister het onredelijk dat de werkgever de dupe wordt van verkeerd advies van de bedrijfsarts.

Een nadeel van deze wijziging is dat minder werknemers (gedeeltelijk) herstellen en dus meer werknemers de WIA instromen. Vooral omdat de re-integratieprikkels verminderen. Toch wenst de minister deze wijziging door te voeren. Uiteraard moeten werkgevers passende werkzaamheden blijven aanbieden om de re-integratie van hun zieke werknemers te bevorderen.

4. Hoe ziet de nieuwe RIV-toets eruit?

Omdat de werkgever dit niet zelf kan bepalen, gaat hij uit van het advies van de bedrijfsarts wat een zieke werknemer medisch gezien kan. De werkgever heeft uiteraard wel invloed op de uitvoering van de re-integratie.  Er vindt dus een onderscheid plaats tussen wat voor werkgever en werknemer niet beïnvloedbaar is (de vaststelling van de medische belastbaarheid door de bedrijfsarts) en dat waar werkgever en werknemer wel invloed op hebben (de re-integratie-inspanningen). De toets van medische belastbaarheid door de verzekeringsarts vervalt, maar de re-integratie-inspanningen zal de arbeidsdeskundige nog wel beoordelen. Kortom, er wordt alleen gekeken of het advies van de bedrijfsarts goed is uitgevoerd.

5. Actieve rol voor werknemer

De loonsanctie is ter bescherming voor de werknemer. Doet de werkgever niet genoeg? Dan bestaat de kans op langer door betalen van het salaris. Deze bescherming valt nu (deels) weg. Dit betekent dat de werknemer een actievere rol moeten aannemen. Als de werknemer twijfelt over het advies van de bedrijfsarts, kan hij een second opinion bij een andere bedrijfsarts vragen, hij kan een klacht indienen bij de bedrijfsarts en een deskundigenoordeel bij UWV vragen.

6. Wanneer gaat deze nieuwe toets in?

UWV is verantwoordelijk voor de RIV-toets en dit vraagt om een nieuw werkproces. Eerst moet het wetsvoorstel verder worden uitgewerkt en daarna moeten de werkprocessen worden aangepast. Volgens het UWV zal dit niet voor 1 juli 2023 plaatsvinden.

Bron: XpertHR

Onze partners